Lezers over hun linkshandigheid: ’Juffrouw De Groot zou trots op me zijn geweest’ | Noordhollands Dagblad

2021-12-29 22:19:41 By : Mr. hui Yehui

Op Linkshandigendag zijn er in het dorpsschooltje Kollum in het Zuiderzeemuseum bij Enkhuizen weer cursussen schoonschrijven voor linkshandigen.© Madelon Dielen

Lezers reageerden massaal op de oproep in de vrijdagkrant hun ervaringen met linkshandigheid te delen. Vandaag, op Linkshandigendag, komen ze aan het woord.

Op zesjarige leeftijd moest ik rechts leren schrijven, we waren met veertig kinderen in de klas waarvan zeven linkshandig. Het was een aardige juf die eerst aan mijn moeder toestemming vroeg. Het was begin jaren 60 en de extra lessen waren na schooltijd, alsof het een straf was.

Dat schrijven is ook het enige wat ik rechts kan maar weet daardoor niet meer zo snel te beantwoorden wat links en rechts is. Het is tenslotte bij je geboorte al bepaald en dan gooi je de boel in je bovenkamer in de war.

Als we met gymles hoogspringen hadden stond de hele klas aan de rechterkant en ik in mijn uppie aan de andere kant, maar ook met andere sporten loop je het wel eens op.

Ik kan van mijzelf wel zeggen dat ik creatief ben en werk ook veel met een schaar op mijn werk. Het is een universele handgreep maar de messen zijn rechts. Nu kan ik ook echt niet meer na ruim vijftig jaar met een schaar knippen waarvan de messen links over elkaar liggen. De eerste keer dat ik met een linkshandige schaar knipte dacht ik dat het een grap was en vroeg of dit soms een Belgische schaar was.

In het huishouden is het meest voor rechtshandigen ingesteld, waterkoker of melkopschuimer dat de knopjes aan de andere kant zitten.

Laatst kocht ik een nieuwe mobiel en het leek mij handig een hoesje met flap er overheen, niet dus want het flapje zit verkeerd. kan wel een linkshandige bestellen maar de keus is beperkt en duurder.

In het buitenmuseum in Enkhuizen heb ik meegedaan met het schoonschrijven in het schooltje op linkshandigendag. Verrassend was het dat er geen verschil te zien was tussen wat ik links en recht geschreven had.

Als linkshandige moest ik op de lagere school (1949) rechtshandig leren schrijven. Dat is wel gelukt, maar heeft onzekerheid gebracht in het onderscheid tussen links en rechts. Dit brak mij nog een keer op toen ik als dienstplichtig militair (lichting 1962-1) moest leren exerceren. Als langste soldaat (1,93 m) liep ik links voorop in de groep die zich al dribbelend op mij moest richten om op juiste afstand van elkaar te lopen.

Op het commando: ’rechts uit de flank’ telde je in jezelf, 1, 2, 3, stampte met de voeten, draaide en stak ferm de rechterarm naar voren. De hele groep ging precies gelijk naar rechts, alleen ik liep in m’n eentje naar links.

Woest werd de wachtmeester en ik kreeg een bosje stro aan m’n linkerarm gebonden, ter onderscheid van links en rechts. Stro genoeg, want we sliepen op strozakken!

Ik ben linkshandig, maar uit noodzaak. Ik werd geboren met een klein handje waarbij de vingers aan elkaar waren gegroeid. Mijn moeder moest huilen bij mijn geboorte: ’hoe moet die jongen nou later zijn geld verdienen?’ Want ze kwam uit een familie van schoenmakers, timmerlui en andere handwerkslieden. Gelukkig kon ik goed leren en was ik vooral goed in taal. Opstellen, verhalen, werkstukken, later: gedichten, reclameteksten, toespraken, boeken…. schrijven is de rode draad in mijn werkzame leven. Ik heb de indruk dat linkshandigheid mij creatiever maakt. Je bent toch vaak de uitzondering, dus ziet dingen anders, en zaten ook niet in de rechterhersenhelft de creatieve breinfuncties?

Ook met mijn hand is het goedgekomen. De plastisch chirurg heeft er in de jaren 60 van de vorige eeuw vingers van gemaakt: eerst een duim en toen twee andere. Nu heb ik nog een zeker grijpfunctie, maar pianospelen, roeien of rotsklimmen zat er helaas niet in. Handen geven is lastig, want met links kan ik niet aankomen en met rechts grijpt de persoon een kleine hand beet, wat soms een schrikreactie teweegbrengt.

Ik vermoed overigens dat ik van nature rechts bent, want met voetbal schoot ik altijd met de rechtervoet. Daar lag overigens mijn talent niet.

Ook ik ben linkshandig - geworden overigens - Toen ik 4 jaar was heb ik bij een val m’n rechterpols gebroken, dat is 71 jaar geleden en toen moest men nog zes weken in het gips. Het bijzondere is dat ik daarna links ben gebleven - beviel me goed!

Het vervelende was wel dat ik op school niet links mocht schrijven - de leerkrachten surveilleerden door de klas en steeds als ze in mijn buurt kwamen nam ik snel m’n pen in mijn rechterhand. Heel lastig - ik kan zowel links als rechts schrijven maar links gaat veel sneller.

Ook bepaalde attributen waren niet op linkshandigen ingesteld zoals soeplepel met tuitje, scharen en nog meer . Ik hield ook rekening met de plaats waar ik ging zitten om niet in aanvaring te komen met mijn tafelgenoten.

Bepaalde dingen zijn in de loop der jaren wel wat beter geworden alleen zit de standaard op fietsen nog altijd aan de verkeerde kant. als linkshandige stap ik rechts op en moet dan de standaard met m’n hand omhoog doen - lastig als hij vies is!

Dat linkshandigheid in de tijd van de kroontjespen ’bestreden’ werd, kan ik begrijpen. De manier waarop dat gebeurde vind ik minder faai. Tijdens de rondleidingen die ik geef in het Zuiderzeemuseum kom ik vaak mensen tegen die de manier waarop ze rechts hebben leren schrijven nog maar al te goed weten en dat is niet omdat ze er goede herinneringen aan hebben.

Zelf ben ik van de ’maan-roos-visgeneratie’, jaren 70. Ik had een ’oude’ juf. Altijd gedacht dat ze toen al 65 was maar vervolgens heeft ze nog zeker 50 jaar geleefd dus ze moet wel jonger zijn geweest. Ik waag me sindsdien ook nooit meer aan hardop leeftijden raden. Maar goed, deze juf vond het nodig om mij rechts te leren schrijven ook al was er inmiddels een potlood en een balpen. Van mijn ouders mocht het, mits ik niet werd ’geslagen’. Het is haar gelukt. Ik was een braaf kind en wilde het altijd goed doen. In mijn verdere schoolcarrière was ik niet blij met mijn handschrift en dat wijt ik aan deze juf. Af en toe had ik een dag waarop ik besloot weer links te gaan schrijven. Dat lukte namelijk ook nog wel aardig en als je op de middelbare school zit, vind je dat heel interessant.

Behalve de gebruikelijke dingen waar linkshandigen tegenaan lopen (de maatbeker en de koffiekan waarbij de getallen ’aan de achterkant’ zitten, de juslepel waarbij je van je af moet schenken, het ’anders’ willen uittrekken’ van een rolmaat, ben ik het onnatuurlijke van mijn uiteindelijk gedwongen rechtshandigheid vooral tegengekomen in mijn werk als leerkacht. Toen ik startte hadden we nog schoolborden en krijtjes. Het schrijven op het bord was geen probleem. Dat deed ik gewoon rechts. Een mooie bordtekening maken voor verjaardagen was ook geen punt. Dat deed ik gewoon links. Er waren echter vaak momenten dat schrijven en tekenen samen kwamen. Dat was bijvoorbeeld in de rekenles. Ik stond dan meestal met in beide handen een krijtje (en later een digibordpen). Met mijn rechterhand schreef ik de sommen, de getallen, de woorden maar als er een cirkel, vierkant of andere getekende verduidelijking bij moest komen, dan kwam mijn linkerhand in actie. Klinkt grappig maar heeft altijd een verwarrend gevoel gegeven.

Van onze drie kinderen is er geenéén linkshandig (wel één linksbenig). En als dat wel zo was, dan hadden ze dat van mij mogen blijven.

Tja... NU wel! Maar vroeger in 1944 toen ik nog een kind was en naar de eerste klas ging kreeg ik wel ’t een en ander te verduren. Ik was toen zeven en het was oorlog. Ik was een jaar weggeweest naar Eersel in Brabant. Deed daar geen school want ik moest bijkomen omdat er in Amsterdam geen voldoende eten was. Pas na een jaar kwam ik weer thuis. Ik moest natuurlijk leren schrijven (moest mijn pen toen dopen in de inktpot) uiteraard links, toen de nonnen mij kwamen vertellen... dat ik mijn pen in mijn rechterhand moest houden, in mijn linkerhand kon dat echt niet... want dan zat er een duiveltje op mijn schouder... en dat was niet te best. Links is echt duivels, zo werd mij verteld.

Ik vertelde het thuis in tranen maar ik moest het maar doen volgens mijn ouders. Ik deed mijn best en ja het lukte uiteindelijk wel. Wat ik las in uw oproep over creativiteit, dat klopt bij mij wel. Ik schilder, beeldhouw, speel piano en gitaar. Op de gitaar speel ik ook rechts. Ik merk ook dat alles dus wat vlugger gaat. Gelukkig kan ik nu alles met beide handen en heeft het voor mij goed uitgepakt. Dankzij de nonnen kon ik mijn kinderen zowel met de linker- als met de rechterhand knippen wat erg handig was voor de symmetrie. Dus uiteindelijk heb ik nu twee handige handen!

Ik ben 47 en was linkshandig tot mijn vijftiende. Toen kreeg ik een ongeluk en sindsdien is mijn linkerarm verlamd. Daarna volgde jaren van therapie om veel dingen (wat mogelijk is) éénhandig, maar dus ook rechtshandig, Vlak naar het ongeluk, heb ik heel vaak voorwerpen (bijvoorbeeld een stoel) willen vastpakken of aanpakken met mijn beide handen. Dan ’voelde’ ik ook mijn linkerhand ook naar een voorwerp toegaan. Alleen merkte ik dan dat ik dit in de praktijk helaas niet meer uit kon voeren. Later verdween dat gevoel en pakte ik de spullen éénhandig.

Wat betreft mijn handschrift, dat is (bijna) gelijk gebleven al kan ik dezelfde snelheid van vroeger helaas niet evenaren.

Zijn linkshandigen slimmer of creatiever? Grappig want ik denk wel heel vaak: dat kan sneller, praktischer of veel gemakkelijker, wanneer anderen iets doen. Daar word ik dan een beetje kriebelig van, maar ikzelf kan het nu ook niet sneller, dus laat ik het maar zo. Tegenwoordig ben ik alweer 32 jaar rechtshandig maar van binnen blijf ik trots écht wel linkshandig.

Mijn hele familie is linkshandig; echtgenote, kinderen en ikzelf. Onze (groot)ouders van beiden kanten zijn hierin nogal wisselvallig, maar ja ik was de eerste op de basisschool die links mocht schrijven, 57 jaar geleden.

Bij mijn werk in het buitenland kom ik zeer regelmatig linkshandigen tegen, hoewel aldaar toch nog wel eens die linkshandigheid op scholen ’aangepast’ wordt. Linkshandigen denken meestal net even ietsje anders, dat is voor linkshandigen onder elkaar makkelijk samenwerken en makkelijk te herkennen. En het lijkt er op dat linkshandigen in sommige beroepen vaker voorkomen, zoals onder verpleegkundigen, in de toeristenindustrie en bij basisschoolleerkrachten. Hoe zit dat onder uw redactieleden eigenlijk? In de praktijk heb ik eigenlijk weinig last meer van die linkshandigheid. Vroeger was dat wel anders, maar steeds meer apparaten worden neutraal gemaakt of geven een soort van flipoptie.

Linkshandig heeft voor mij voordelen en nadelen.. Ik ben in 1947 geboren en toen ik na de lagere school ging bleek ik dus linkshandig te zijn.. Wanneer je toch je linkerhand gebruikte kreeg je een flinke tik met de liniaal op je hand. Het was zelfs zo als je een week rechts ging schrijven dan kreeg je een reep. Dus eigenlijk ben ik op rechts overgegaan met schrijven en knippen met de schaar. Verder doe ik nog alles links. Het was en is nog steeds lastig om mijn dochters en kleinkinderen iets voor te doen bij borduren, naaien of schilderen en dergelijke.

Wat mij opgevallen is dat het instappen in bijvoorbeeld de auto altijd moeilijker gaat aan de bestuurderskant dan aan de passagierskant. Ik begin normaal altijd met mijn linkerbeen. ook opstappen op de fiets. trap op en dergelijke. Ja, ik zorg of vraag bij het eten dat ik aan de buitenkant kan zitten omdat ik dan links kan snijden. In het begin was er weleens een opmerking over. Het is vaak moeilijk om in het midden te zitten met snijden en eten. Bij pinautomaten is het soms lastig. Net zoals met een mes. de kartels zitten vaak aan de andere kant. Soms probeer ik weleens rechts iets te doen maar dat lukt niet bij snijden. Ik ben de enige in de familie die links is. De kinderen en kleinkinderen zijn allemaal rechts. Ik ben eerlijk gezegd wel benieuwd hoe een ander het beleeft.

Ik ben linkshandig. Ik weet niet of ik slimmer ben maar ik ben wel heel creatief. Ik ondervind er niet veel nadelen aan. Hier een anekdote die mij mijn hele leven is bijgebleven: Ik kom uit een groot West-Fries gezin (twaalf kinderen). Alle dagen kwam de warme bakker langs met vier broden ongeneden. Zo was ik een keer de broden aan het snijden, kwam mijn moeder, pakte het mes uit mijn handen, Met de uitspraak: „Ga jij maar weg met je linkerhand.”

Dit wilde ik even kwijt!

Phiene met linkshandige kinderschaar.© Else Riep

Mijn dochter Phiene van drie is dol op tekenen, knippen en plakken. Ze heeft een linkshandige schaar en kan zich daar heerlijk mee vermaken. Toen een ouder buurmeisje een keer met haar mee knutselde, bekeek ze hoe Phiene bezig was en adviseerde haar goedbedoeld: als je nou je andere handje gebruikt, wordt het mooier... Phiene trok zich daar overigens verder niet zoveel van aan en ging lekker door waar ze mee bezig was.

Met de vraag of linkshandig een voor- of een nadeel is, heb ik als linkshandige ruim zeventig jaar ervaring. De eerste herinnering komt uit de eerste klas van de lagere school waar je in die tijd niet links mocht schrijven. Zodat je dat rechts moest aanleren. Later gaf dat wel weer een voordeel, op de technische school moest ik regelmatig naar voren komen om wat op bord te schrijven. Dan pakte ik twee krijtjes met mijn linkerhand schetste ik de figuren en rechts zette ik de cijfers er bij, handig toch?

Als ik uit eten ga zoek ik naar een plaatsje links aan de tafel zodat een ander tijdens het eten geen last van me heeft. Laatst legde een ober het bestek voor me neer waarop ik zei dat het bestek niet goed was neergelegd. Hij vond van wel, toen ik melde dat ik linkshandig ben heeft hij het wel veranderd voor een linkshandige maar hij mopperde wel door.

Het is me wel een raadsel waarom geen vijftig procent van de mensen niet zowel links als rechtshandig is, ook vind ik dat er weinig rekening wordt gehouden met linkshandige mensen.

Of linkshandigheid tot voordeel strekt heb ik niet mogen merken. Ben het al mijn hele leven, maar niet helemaal. In de eerste klas van de lagere school – is dat niet groep drie tegenwoordig? – nam juffrouw De Groot in Oosterwolde/Friesland met zachte hand het potlood uit mijn linker en plaatste het liefdevol in mijn rechter. Dat was onwennig in het begin. Tong uit de mond en zweet op het voorhoofdje. Ongetwijfeld begon ik daarna te stotteren, met beide ogen te knipperen en te bedwateren, maar het is met mij nog redelijk goed gekomen. Mijn omgeving althans heeft mij daar nooit iets van laten merken, maar ik prefereer dan ook welopgevoede mensen in mijn nabijheid.

Wel moest ik het meest ongelukkige schrift ter wereld aanleren – ook toen heerste er in het onderwijs al grote vernieuw ingsdrang – : het onverbonden blokschrift. De uitdenker daarvan mag wat mij betreft zich met terugwerkende kracht in zijn potlood verslikken. Er valt niets van te maken als je op de banken van voortgezet onderwijs of vervolgopleiding snel aantekeningen moet neerpennen. Mijn vrouw die met lede ogen later mijn vermaledijde handschrift bezag – mijn liefdesbrieven kon ze niet lezen – stuurde mij naar een kalligrafeercursus. Daar leerde ik het gotisch, het unciaal en het italic te schrijven. Uit dat laatste heb ik mijn eigen nieuwe hans-schrift ontwikkeld, maar dat is inmiddels ook weer aan erosie onderhevig. Toch ben ik blij, dat ik rechtshandig heb leren schrijven. Je veegt het geschrevene niet meteen door! En met een mooie vulpen en terracotta-inkt toont het ook nog wat, maar onder geen beding een balpen! Dan liever nog met potlood. Mijn vertalingen schrijf ik eerst met potlood, dan met inkt, en tot slot met de tekstverwerker. Ook met de schaar was het wennen, er waren geen linkshandige. Met bier- en wijnglazen had ik nooit enige moeite.

Ik kijk met tevredenheid terug op deze ontwikkelingen en zachtjes fluister ik bij mezelf: Juffrouw De Groot zou trots op me zijn geweest.

Hans van der Veen, Leiden

Ik schrijf onderstaande namens mijn moeder: ’Als zesjarige, ik ben nu 84 werd ik met een meetlat op mijn vingers getikt. Dus schrijf ik rechts, maar knippen, snijden en timmeren doe ik nog steeds links. Als we uit eten gaan draai ik ook altijd mijn bestek om.

En dan komt er een oproep voorbij over linkhandigheid, nou daar kan ik wel een boek over vol schrijven! Meetlintgebruik, plastic mesvorkjes, dunschillers en sommige kaartspellen... Helemaal omdat ik de enige van ons gezin ben die linkshandig is! Ik geloof dat mijn ouders mij nog behoorlijk lang hebben gemotiveerd om rechtshandig te worden maar het schijnt dat je zo wordt geboren...

Ik speel hobo en zelfs m’n lerares op de muziekschool moest somminge dingen anders aanleren. Met het knippen is het links zijn helemaal rampzalig. Zo lukt het natuurlijk absoluut niet met een rechtshandige schaar. Als mij gevraagd wordt om een pleister op m’n werk te knippen, zeg ik altijd maar: ’Ik kan niet knippen.’ Maar dan kijken mensen mij bevreemd aan, ik voel dan dat het net lijkt als onwil, maar op m’n werk is er geen linkshandige schaar voor mij.

Voor de opleiding die ik nu volg ben ik ook de enige linkshandige. Via de leerkrachten krijg ik ook regelmatig scheve blikken met dan de bijbeoorende vraag: ’Ben jij links?’ Het klinkt bijna als een ziekte dan?! Om dan te komen op een andere praktijkles, het creatief anders aanbieden van de lesstof, komt dan toch vaak bij mijzelf vandaan ...want gelukkig is voor een hoop dingen een oplossing te bedenken en dat kan ook voordelen hebben. Ik hoop dat als ik klaar ben met mijn opleiding, mijn linkshandigheid niet in de weg komt te zitten bij mijn beroep.

Ja, op de lagere school werd nog getracht om het links schrijven af te leren. Het handschrift werd er niet beter op en inmiddels zijn daarin alle pogingen gestaakt. Soms is linkshandigheid onpraktisch, met name aan de eet- en de schrijftafeltafel kies ik de linkerkant anders stoort het twee personen met soep en/of schrijfvlekken als resultaat.

Bij metrostations in Parijs ging meerdere keren het poortje aan de linker kant open en niet het poortje waar ik voor stond. Je wordt namelijk geacht het kaartje met de rechterhand in te brengen en vervolgens gaat het poortje dan open, als je er dus met je linker hand voorstaat word dat anders.. Twee kinderen die mij daardoor ietwat meewarig aankeken en de situatie maar weer redden.

Met een schaar knippen is voor linkshandigen minder makkelijk, meerdere dunschillers zijn er voor linkshandigen en waarschijnlijk„ als ik er langer over nadenk, is het ’Oh,ja dat ook nog’. Waarschijnlijk zijn linkshandigen dus heel creatief in het oplossen van het links/rechts probleem of vergeetachtig.

Linkshandig zijn heeft denk ik meer nadelen dan voordelen. Vaak vinden rechtshandigen het lastig een linkshandige iets te leren. Zo maak ik de veters rechtshandig vast en brei ik ook rechtshandig, maar haken doe ik links. Het nadeel hiervan is dat je alle patronen andersom haakt en linkshandige haakpatronen zijn moeilijk te vinden. Gelukkig hoefde ik niet zoals mijn vader rechtshandig te schrijven, maar ik had wel altijd blauwe vingers. Bij de bank (vroeger haalde je geld bij de bank en niet uit de muur) stond eerst de pen (vast aan een ketting) rechts en kon ik toen moeilijk een krabbel plaatsen, maar later hadden ze de ketting van de pen in het midden vastgezet.

De wereld is echt ingesteld op rechtshandige en je dient je als linkshandige aan te passen. Nu is er in de loop van de tijd wel makkelijker geworden om een linkshandige schaar te kopen, maar het blijft lastig met een ringmap maar ook de (keuken-) apparatuur is alleen rechtshandig te koop. Ik denk dat daarom een linkshandige creatiever is met het bedenken van een oplossing, omdat ze vaak obstakels tegen komen. Het zijn vaak kleine obstakels die je tegenkomt: van (rechtshandige) scharen, gedekte tafels, computermuizen tot juslepels met een schenktuit.

Onze zoon Floris is al een op moederdag geboren zondagskind, zal zijn linkshandigheid (en linksbenigheid) hem nog slimmer en creatiever maken? Dat durven wij niet te zeggen (maar we denken het wel ;-)) Handig is linkshandig zijn niet, zo zit de standaard van zijn fiets altijd aan de ’verkeerde’ kant. Hij stapt aan de ’andere’ kant van zijn fiets en moet dan aan de ’goede’ kant zien te komen om zijn standaard te kunnen gebruiken. Een hangslot is de ideale oplossing, een slot aan het frame vraagt een echt onmogelijke handeling als je linkshandig bent.

Soep eten is gelukkig nooit een probleem, als hij maar naast zijn linkshandige vader zit! Afhankelijk van wie de afwas doet staat deze links of rechts van de wasbak, wij blijven thuis flexibel. Schrijven schijnt wel echt onmogelijk te zijn als het met pen en papier moet èn nog leesbaar moet zijn ook. Gelukkig gebruiken ze dit nog nauwelijks op de middelbare school, zijn laptop is de oplossing. Hierbij gebruikt hij de touchpad en heeft hij gelukkig geen muis, dat is ook zo een typische rechthandig ding.

Een linkshandige schaar ligt bij ons gewoon in de la. En om frustatie tegen te gaan eten we nooit iets uit blik, alleen die van Bonduelle, met zo een openings lipje. Een linkshandige blikopener ligt namelijk niet in de la (bestaan die?). Maar laten we wel zijn, bij de plaatselijke voetbalclub is hij een fantastische linksbuiten!

Het leven is misschien anders als je linkshandig bent, maar laten we voor hem hopen dat hij NIET twee linker handen heeft! ;-)

Martha, rechtshandige moeder van een linkshandige zoon.

Alles in onze maatschappij is er op gericht om rechts te zijn en dat is in ontelbare gevallen nadelig voor een linkshandige. Met dat gegeven leer je in de praktijk zo goed mogelijk om te gaan. Is dat een belemmering om succesvol te zijn? Ik denk van niet, dat ligt eerder aan je instelling. Ik heb de tijd van de kroontjespen op school nog meegemaakt, wat een ellende, al die inktvlekken op je werk, nooit een hoog cijfer voor schrijven. Dan wordt in 1956 de balpen geïntroduceerd, wat een uitvinding. Bij het schrijven trekt een rechtshandige met een pen, een linkshandige duwt en destijds bleef ik dan met de kroontjespen in het papier vastzitten met een vlek tot gevolg.

Uit die tijd heb ik geleerd om in spiegelschrift te schrijven, want dat ging veel gemakkelijker. Tot op de dag van vandaag kan ik net zo snel vooruit als achteruit schrijven en nog heel goed leesbaar ook. Deze eigenschap komt bij vele linkshandigen voor. Ooit heb ik eens in een Engelse auto gereden met het stuur aan de rechterkant, dat voelde heel comfortabel. Maar pas op als je in een land kom waar het verkeer links rijdt, let op bij het oversteken, wij zijn gewend om eerst naar rechts te kijken. Mij overkwam dat op een zebrapad, bijna ging het mis omdat ik me niet realiseerde dat het verkeer links rijdt.

Voordelen van linkshandigen t.o.v. rechtshandigen kan ik niet echt benoemen, misschien bij het benoemen of aanwijzen, dat gaat altijd v.l.n.r. gaat dus toch een voordeeltje? Conclusie: links is lastig, maar er valt goed mee te leven.

Ik ben van 1955 en toen ik op zesjarige leeftijd naar de lagere school ging schreef ik links en dat was sinds kort daarvoor niet meer verboden. Maar wij hadden een oudere juffrouw op de lagere school en zij zette mij met stoel en bankje rechtsvoor tegen de muur van de klas, zodat ik de andere kinderen niet kon besmetten!

Na een aantal weken hebben mijn ouders mij via de oudercommissie en het hoofd van de school, terug in de klas geplaatst. Ik werd nooit door haar aardig behandeld! Later in de derde kregen we een jongere meester. Voor hem was het niet meer van belang. Doordat je nog met een kroontjespen en inkt schreef, had je altijd vlekken. Je schrijft altijd over het geschrevene heen, waardoor je een lager rapportcijfer kreeg.

Toen ik op mijn achtiende leerde autorijden, duwde ik de pook tot grote ergernis van de rijinstructeur in plaats van rechts naar zijn drie altijd de linkerkant op wat niet goed was voor de versnellingsbak! Tot vandaag de dag heb je allerlei foefjes, maar iets knippen zal nooit mijn hobby worden.

Er zitten een heleboel nadelen aan linkshandig zijn, de wereld is toch heel erg rechts georiënteerd als het gaat om spullen maken. Vooral veel dingen in de keuken… Dunschiller, juslepel met zo een tuutje eraan, van die plastic vorkjes met een mesje eraan, allemaal erg onhandig als je links bent. (Schaar voor mij niet, mijn moeder heeft me expres met rechts leren knippen)

Maar ook andere spullen zoals een liniaal, als ik die gebruik staan de cijfers op zijn kop. Op mijn werk hebben we zakjes met medicijnen erin, ze hebben ze zo gemaakt dat een rechtshandige die makkelijk open kan scheuren. Ik moet toch altijd even kijken. Maar ondanks dat ik tegen veel dingen aanloop vind ik het toch niet erg om links te zijn, ik ben best creatief en vind snel oplossingen voor een probleem, misschien wel juist omdat ik links ben.

Een groot voordeel van links zijn is bij het tafeltennissen. Tegenstanders zijn gewend om tegen een rechtshandige speler te spelen en dan zit bij mij mijn forehand toch ineens aan de andere kant. Pinautomaat aan de rechterkant van de kassa vind ik ook niet erg, ik kan mijn pincode met links intypen en dan kan degene achter me niet zien wat ik intyp, mijn hand zit er automatisch voor. Er zijn vast nog honderd voorbeelden, maar ik ben het zo gewend dat het soms niet eens meer opvalt.

Soms kom je rare dingen tegen maar het went. Zo steek ik de kopspeldjes links in het naaiwerk en kom dan alle koppen tegen als ik op mijn rechtshandige naaimachine ga naaien. Ook denk ik nog altijd dat het verkeer aan mijn linkerhand voor gaat in de overtuiging dat dat rechts is, heel eng en gevaarlijk!

Ik ben bijna 86 jaar en heb absoluut geen moeite met mijn linkshandigheid, Maar dat is in mijn jeugd wel anders geweest, als zesde kind van het gezin en de eerste die links hadden mijn ouders daar kennelijk problemen mee. Ik kreeg als kleuter een lepel die een hoek van 90 graden had en daar kon je alleen maar rechts mee eten wat natuurlijk de nodige traantjes kostte.

Als driejarige ging ik naar de bewaarschool (kleuterschool) en daar moest ik kralen rijgen. Na verloop van tijd moest je jouw resultaat omhoog houden en was mijn prestatie zeer mager, dus was de conclusie „ZEER ONHANDIG.” Maar wat onopgemerkt was gebleven was dat ik zeer slechte ogen had waar ze pas in de vierde klas achter kwamen.

Mijn eerste dag op de lagere (basis) school zal ik mijn leven niet vergeten, ik weet nog precies op welke hoogte ik in de klas zat, ik kan de juf nog steeds voor mijn geest halen. Een gezette dame met een knotje en ze heette juffrouw Van Dijk. Zij had een letter op het bord geschreven en de kinderen moesten het namaken. Zij kwam bij mij langs, rukte het potloodje uit mijn linkerhand en duwde het in mijn rechterhand.

Achteraf kon ik het wel begrijpen want met een kroontjespen met vloeibare inkt dat wordt een knoeiboel. Ik liep wel op deze manier een achterstand op, wat zeker gold voor mijn handschrift. Dat gaf een knak in mijn zelfvertrouwen wat best lang geduurd heeft. Ik ben rechts blijven schrijven maar alle andere dingen doe ik het liefst links, bijvoorbeeld tafeltennissen wat ik nog steeds beoefen.

Ik ben 73 jaar en was verplicht op de lagere school rechts te schrijven. Na drie maanden ging mijn vader praten met de meester omdat ik een 3 voor schrijven had en ik echt niet rechts kon schrijven, daarna mocht ik links schrijven en het cijfer ging naar de 7 en ik ben nooit blijven zitten. Ook stond ik linksbuiten met voetballen. Met schaatsen kon ik slecht pootje over op de ijsbaan, omdat je rechterbeen over de linker moet in de bocht. Linkerbeen over rechts in de bocht ging wel goed. Mijn vak werd horlogemaker en goudsmid en ik ben juwelier geworden. De zaak bestaat inmiddels 50 jaar en ik maak nog steeds met veel plezier horloges. Mijn loupe deed ik in mijn linker oog. Ik heb zelf horlogemaker- en diamantzetgereedschap moeten maken want dat was voor linkshandige mensen niet te koop. Toch ben ik tevreden over mijn linkshandige handicap.

Het linkshandig zijn heeft mij in mijn werkzaamheden als slager heel veel voordelen opgebracht, omdat de ene helft van koe, varken of schaap makkelijker uitbeent. Anders ben je overhands aan het werk.

Linkshandig zijn is geen voordeel. Wel eens een jus- of sauslepel proberen te gebruiken? De schenktuit zit aan de verkeerde kant. Waarom is een linkshandige schaar duurder dan een rechtshandige schaar? Notities maken/schrijven in een ringbandmap weleens geprobeerd, dit kan niet, de ringband zit in de weg. En als je dan een brief schrijft/aantekeningen maakt maar niet te beginnen over de blauwe vingers die dit oplevert omdat je met je hand over de inkt heen gaat. Netjes een kaartje schrijven op glad papier wordt een kliederboel, alle inkt vlekt, welke pen ik ook probeer. Het bestek in de restaurants ligt voor linkshandigen altijd verkeerd om. Zo kan ik nog wel een aantal voorbeelden geven. ’

Was ik maar rechtshandig geboren.

Ook ik ben linkshandig. Bij mijn weten zijn er géén camera’s voor linkshandigen, maar op een knopje drukken gaat met mijn rechterhand wel. Als kind had ik het geluk dat ik het montessori-onderwijs volgde en daar werd ik niet gecorrigeerd op linkshandig schrijven. Wél was er voor handwerken een oude non, die vond dat ik met mijn rechterhand, naald en draad moest hanteren. Tijden daarvoor, toen ik nog niet op school zat, had ik al ervaren dat knippen linkshandig niet ging, het papier klapte steeds om en linkshandige scharen waren er naar mijn idee nog niet.

Als je linkerhand je voorkeur heeft, pak je als iemand je wat aangeeft dat links aan, ook als je iemand een hand(je) moest geven deed ik dat als kind. Leuk was het dan niet om te horen: ’Nee je goede handje!’ Hoezo mijn goede handje? Later als volwassene bij het klussen wel wat schade opgelopen omdat gereedschap voor rechtshandigen beveiligd was. Of linkshandig creatiever zijn weet ik niet, dat zou kunnen, maar of het wetenschappelijk bewezen is..?

Els Bax, fotograaf te Noordwijk

Linkshandigen hebben kennelijk bijzondere karaktertrekken. Zo hebben we een (mannen) vriendenploeg, nu tweede helft 60, die nog altijd vanaf de kleuter/ lagere school in Westbeemster (jaren 60 vorige eeuw) met elkaar optrekken waarvan vijf van de zes linkshandig zijn. We doen en denken vaak hetzelfde.

Het is mij nog altijd een raadsel dat onze klas, met vak een non aan het hoofd, ons niet verplichtte om het ’rechts’ te doen. In de loop van de jaren leer je omgaan met die linkshandigheid maar zo af en toe loop je nog tegen problemen aan. Probeer maar eens een mooie handtekening te zetten met je hand op de rug van een document. En dan heb ik het nog niet over het invullen van een kasboek met een ringband en altijd het invulblad rechts.

Met gereedschappen als scharen, rondkniptangen en de metselaarstroffel is het altijd schipperen of zoeken naar een linker exemplaar. Waterkan in de hand en vullen met een kraan die rechts zit naast de gootsteen is bijna jongleren. Uiteindelijk lukt het wel. Misschien is mijn linkshandigheid ook onbewust wel de reden dat bij bezoeken al 50 jaar lang aan het Verenigd Koninkrijk het links rijden totaal geen problemen oplevert. Het lijkt wel een automatisme, vaak heb ik meer moeite om terug in Holland weer gewoon rechts te rijden.

En wat betreft de vriendenploeg, die is nog vrijwel intact, met vijf van zes linkshandigen, in een restaurant zitten de partners altijd aan de overkant elkaar rechts niet in weg en kunnen wij links het glas heffen. De enige rechtshandige kameraad zetten we aan de ’buitenkant’.

Ik ben 73 jaar en doe alles links. Alleen schrijven doe ik rechts. Hoe dat gegaan is in de eerste klas in 1952 bij juffrouw Spil weet ik niet meer. van anderen heb ik weleens vernomen dat je gedwongen werd. Bij het bollenpellen merkte je voor het eerst dat het anders was, je kon niet zo makkelijk in het midden zitten vanwege je plastic bak en het wegschuiven van het vuil.

Later bij het stukadoren met m’n broers was het wel handig. Bij het vol zetten van een muur (uitrapen) begon ik links en de ander rechts. Bij het afpleisteren (blauw maken) was dat tegengesteld. Met voetballen was het ook handig als je links was omdat er in die tijd veel meer plaatsgebonden werd gespeeld. Omdat ik de man voor de vrije trappen was, nam ik ook de corners van rechts, het is me een aantal keren gelukt om vanuit een corner te scoren. Tegen Kolping-Boys zelfs twee keer. Van keepers hoorde ik dan dat ze alleen bedacht waren op afdraaiende ballen. In de tijd van Björn Borg waren van de vier beste tennissers er drie linkshandig o.a Ilje Nastase. Toen is onderzocht hoe dat kon en bleek dat een linkshandige een snellere reactie heeft omdat het signaal vanuit de hersenen iets eerder is.

Verder denk ik dat ik bij het fietsen met links meer kracht zet, want als ik lang tegen wind fiets krijg ik alleen kramp in m’n linkerbeen. Een speciaal voorval kan ik zo niet noemen, wel werd je vroeger vaak voor linkse poep uitgemaakt. Ik was de jongste van twaalf kinderen: negen meisjes en drie jongens. Die waren, samen met een zus, linkshandig. Van mijn drie kinderen zijn er twee linkshandig.

Ik ben linkshandig en heb daar in mijn jeugdjaren wel wat problemen mee gehad omdat alles voor rechtshandigen is gemaakt. Op de kleuterschool mocht ik links werken en teken dus links.

Maar op de lagere school moest ik mijn pen in mijn rechterhand vasthouden om te leren schrijven, is gelukt. Nu kan ik ook links schrijven, maar geen snelheid.

Met alle apparaten moest ik leren hoe vast te houden dat je er goed mee kon werken. Zo ben ik eens naar Londen gegaan naar een winkel waar ze alles voor linkshandigen hebben. Heb ik een schaar gekocht maar omdat ik gewend was met mijn rechterhand te knippen ging het toch niet goed links.

Van mijn linkshandigheid heb ik een groot nadeel ik weet het verschil in rechts en links te langzaam te bedenken, daarom kan ik geen auto rijden. Als ik naast iemand in de auto zit en ik moet de richting aangeven dan weet ik met ’jouw kant of mijn kant’ de weg snel aan te geven.

En met gevaar kan ik op een onbekende weg als er geen fietsers zijn aan de verkeerde kant van de weg fietsen. De schrikreactie is er als er een auto op mij af komt omdat ik dan ga bedenken wie er verkeerd rijdt, ik dus. Maar gelukkig nooit een ongeluk hierdoor gehad.

Er zijn ook mensen die dubbelhandig zijn. Zo begon ik links te schrijven maar in 1951 werd je gedwongen rechts te gaan schrijven en dat lukte heel goed. Nu kan ik nog steeds redelijke letters met links maken. Bij sommige werkzaamheden gebruik ik de andere hand of arm als de eerste moe is of als je er dan beter bij kan, wat heel handig is. Mijn man vond het altijd heel apart en moest er ook om lachen.

Ik ben geboren in de jaren 60, een tijd waarin linkshandigheid nog niet echt handig was. In de eerste klas schreven wij nog met een kroontjespen... Dat en het feit dat ik die met mijn rechterhand moest vasthouden maakten mijn eerste schrijfpogingen niet tot een succes.

Ik wijt ook nog steeds het feit dat ik nog steeds niet (en ik ben nu de 50 al lang gepasseerd ) het verschil ken tussen links en rechts aan de verwoede pogingen van de juffen en meesters om mij rechts te laten schrijven. Ik kom door dat ’gebrek’ soms op verrassende plaatsen.

Heel vaak heb ik tegenwoordig geen ’last’ meer van mijn linkshandigheid. Oké, botermesjes blijven rare dingen en bij een etentje houd ik er rekening mee waar ik ga zitten. De komst van de digitale camera’s zorgden ervoor dat je niet meer door dat lensje hoefde te loeren. Die lensjes zitten namelijk voor linkshandigen (linksogigen) aan de verkeerde kant: je hebt de hele camera op je neus in plaats van dat je met je vrije oog ook nog iets ziet.

Leuke dingen zijn er natuurlijk ook: serveren met volleybal geeft een apart effect. Ik schrijf net zo vlot in spiegelbeeld als gewoon. Rijden in Engeland levert me geen enkel probleem op ( alleen bij terugkomst in Nederland slaat dan de twijfel over de juiste weghelft toe).

Enkele (linkshandige) dingen waar ik zoal tegenaan loop: Juslepel met een schenktuit: Tuitje altijd aan verkeerde kant. Gebakvorkjes: Ver gezocht, maar er bestaan vorkjes met links een scherpere tand dan rechts (prikt handig bij ’zandschuiten’) Nog gekker, ik liep eens aan tegen een negendelige cassette gebakvorkjes speciaal voor linkshandigen. Nuttelozer kan bijna niet: Een kamer vol met linkshandige gasten?

In- en uit -checkpoortjes op stations: Het overkomt mij als onervaren treinreiziger nogal eens dat bij het in- of uit- checken mijn poortje niet opengaat. Wel het poortje links van mij. Remedie: de ov-kaart altijd in de rechterhand houden.

Quooker-kraan: Bij plaatsing van deze kraan werd mij gevraagd of deze voor een merendeels links- of rechtshandige gebruiker was. Toch maar gekozen voor „rechtshandige montage.” Dat zal ook wel weer wennen.

Mijn grootste hobby is honkbal, vele jaren heb ik gespeeld en gecoacht. Daarbij heb ik vele linkshandige spelers gehad. Zonder uitzondering waren ze nuttiger, slimmer en creatiever dan rechtshandigen. Ze kwamen vaker op de honken en waren ook in het veld, zeker op het 1e honk, beter. Als werper vond ik ze altijd waardevoller voor het team dan rechtshandigen. Maar ze waren ook eigenwijzer, die lefties. Altijd!

Sytse Verstraten geeft een workshop. Als hij zijn linkerarm opsteekt, steken de kinderen hun rechterarm in de lucht.© Sytse Verstraten

Linkshandig zijn is voor mij een prima voordeel! Mijn grootste passie is drummen wat ik uiteraard linkshandig doe. Vroeger als tienjarig ventje eerst twee jaar rechtshandig drumles gehad (ik durfde mijn leraar niet te zeggen dat ik eigenlijk links was...) Ik drumde stiekem al linkshandig in mijn eerste bandje en dat ging een stuk makkelijker. Na twee jaar schoorvoetend toegegeven dat ik eigenlijk liever linkshandig wou drummen.

Nu geef ik inmiddels zelf drumles en heb twee drumstellen schuin tegenover elkaar staan (eentje linkshandig en de ander rechtshandig). Ik ben eigenlijk een soort spiegelbeeld voor mijn leerlingen en dat werkt perfect. (Oké toegegeven dat het voor sommige leerlingen in het begin beetje lastig is maar ze zijn er snel aan gewend). Ook organiseer ik workshops voor scholen, bedrijven en andere grote groepen. Dan komt het spiegelbeeld effect helemaal tot zijn recht. Als ik wil dat iedereen zijn rechterhand opsteekt doe ik dat dus voor met links. Iedereen neemt dat automatisch over en ik hoef er totaal niet over na te denken.

Ook een tijd een drumact gehad met een bevriende (rechtshandige) drummer. We speelden alle drumpartijen precies hetzelfde , hoera spiegelbeeldeffect! Zag er fantastisch uit! Mijn vriendin is ook linkshandig en heeft een tijd gitaarles gehad en dus ook een linkshandige gitaar aangeschaft. Ze is er inmiddels mee gestopt en nu heb ik er dus ook nog eens een linkshandige gitaar bij. Handig joh!

Persoonlijk ben ik linkshandig, als metselaar is dat een groot voordeel. Je werkt met een rechtshandige naar elkaar toe. Er bestaat zelfs een linkshandige troffel. Een heel oud gezegde in de bouwwereld is dat een linkse metselaar 5 cent meer verdient in het uur .Ik heb het meegemaakt in een bouwmarkt dat de verkoper dacht dat ik hem voor de gek hield. In een goede bouwgereedschap zaak weet men wel beter. Ik schrijf alleen rechts om dat je vroeger een tik op je vingers kreeg!

Ik merk wel dat er steeds meer aan ’ons’ linkshandigen wordt gedacht. Vanuit zakelijk en commercieel oogpunt gezien is dat ook slimmer... De groep linkshandigen is door de jaren heen ook groter geworden sinds het op de lagere scholen niet meer is verboden (ca. 1960) om met links te schrijven. Vroeger waren er op grote muziekbeurzen geen linkshandige gitaren te vinden. Niet één. Alle rechtshandigen konden kiezen uit honderden nieuwe gitaren om op te spelen, aan te sluiten op allerlei nieuwe effectapparaten en versterkers. Linkshandige gitaristen konden alleen maar kwijlen... Als een kind in een snoepwinkel. Alle kinderen mogen de snoepjes proeven en jij? Jij mag alleen maar kijken. Gelukkig is dat nu beter. Nu alleen de prijs nog gelijktrekken met die van rechtshandige gitaren. Linkshandige gitaren zijn, bij de betere merken, altijd een paar honderd euro duurder.

Akkoorddiagrammen moet je ook in spiegelbeeld lezen, anders weet je niet waar je je vingers moet plaatsen....

Scharen: Sommige rechtshandige scharen doen zo’n pijn aan je vingers... White boards : Zijkant van je hand helemaal groen/zwart of rood... Kladblok/schrift: Ik begin liever aan het einde van een nieuwe schrift/kladblok te schrijven ivm de dikte van het schrift/kladblok...

Natuurlijk, schrijven met je linkerhand was een hel. Zeker met een vulpen. Gelukkig zitten we nu in het digitale tijdperk en gebruik ik een pen alleen nog maar voor een handtekening zo af en toe. Het grote voordeel van linkshandig zijn in een rechtshandige wereld is dat ik van jongs af aan gedwongen werd m’n rechterhand veel te gebruiken. Het gevolg is dat ik nu tweehandig ben. Kozijn schilderen? De ene kant met links en dan de kwast overpakken in de rechterhand voor de andere kant van het kozijn. Rechtshandigen noem ik wel eens éénhandig. Heerlijk om veel met rechts te doen, wetende dat je een nog handiger hand in de reserve hebt. Alleen bij het eten is het elke keer weer bedenken met welke hand ik welk bestek hanteer. Een vast patroon krijg ik niet voor elkaar.

Zelf ben ik de enige linkshandige uit een gezin van negen en ook m’n vier kinderen zijn rechtshandig. Het leukste voordeel vind ik dat ik net zo makkelijk in spiegelbeeld en op zijn kop kan schrijven en op zijn kop in spiegelbeeld. De Sinterklaasgedichten bij de kleinkinderen doe ik in spiegelbeeld, dat is leuk staan ze voor de spiegel voor te lezen. De doordeweekse brieven van (zwarte) Piet deed ik vroeger altijd met rechts. Ik schrijf foeilelijk met rechts maar kan het wel en maakt het ook geloofwaardiger.

Het tweede voordeel vind ik dat ik zowel links als rechts op kan stappen met de fiets, handig als de kinderzitjes al gevuld zijn. Ik heb wel geleerd rechtshandig te breien en haken want de juf of moeder kon het me anders niet leren. De computermuis doe ik ook met rechts, maar verder ben ik een diehard links. En of het een voordeel is? Het maakt wie je bent en hoort bij je dus ben je er blij mee. Nadelen zijn er genoeg, bijvoorbeeld de uitlaat van m’n brommertje vroeger, menig keer een brandplek op mijn enkel gehad als ik er naast liep. Restaurants, nog zo chic maar nooit een linkshandig vismesje.

Vaak word je (ongewild) gestimuleerd om toch rechts te handelen, door gereedschap of plaats wat niet is gericht op linkshandigheid. Daarom ben ik handig geworden met beide handen, wat een groot voordeel is in de praktijk. Ik denk dat rechtshandigen niet snel met links iets uit proberen en dus slechts één hand als ’sterke hand’ ervaren. Alleen: mijn handschrift is altijd wat slordig gebleven ,

Linkshandig zijn is niet altijd makkelijk. Een paar voorbeelden kan ik zeker geven: De standaard van een fiets zit altijd links maar linkshandigen stappen aan de rechterkant op dus je hangt over je fiets om je standaard in te klappen of gaat tussen je fiets staan zodat je met je linkerbeen de standaard kunt inklappen.

Jus- of soeplepels hebben soms een tuitje aan de linkerkant en dat werkt niet echt als je linkshandig bent. Schrijven op papier zonder lijntjes wordt meestal scheef gaan omdat je met je hand op hetgeen je schrijft zit. En aan tafel is het handig als je bij de linkerhoek van de tafel zit zodat er links van je niemand zit kun je niet in botsing komen met een rechtshandige. Het zijn een paar voorbeelden, maar als linkshandige pas je je gewoon aan, dat doe ik al bijna 70 jaar…

In de eerste klas van de lagere school begon ik met mijn linkerhand te schrijven. Ik kom nog uit de tijd van inktpotjes en kroontjespennen. Met mijn hand smeerde ik de net geschreven letters uit over het papier, dat werd dus een rommeltje. In de 2e klas kreeg ik een juf die mij wel rechts wilde leren schrijven. Regelmatig ging ik naar haar huis om te oefenen en het lukte me om rechts te schrijven. Wat was ik trots! Op mijn laatste rapport van dat jaar had ik zelfs een 7 voor schrijven!

Het gevolg was dat ik met mijn linker- en mijn rechterhand kon schrijven. Op de middelbare school had dat zo zijn voordelen. Als ik lappen tekst moest schrijven en mijn rechterhand werd moe, schakelde ik moeiteloos over op mijn linkerhand. De multoband, met die vervelende ring in het midden, was voor mij geen probleem. Bij een ander zat die ring vaak in de weg. Bij mij niet! Aan de rechterkant schreef ik met rechts en aan de linkerkant met links. Ik kon ook leuke symmetrische tekeningetjes maken met twee pennen tegelijk.

Naarmate ik ouder werd, ging ik toch weer meer met mijn linkerhand schrijven. Mijn handtekening heb ik rechts aangeleerd en die kan ik niet met mijn linkerhand. Dit levert grappige situaties op als ik een formulier moet invullen. Mijn gegevens vul ik in met mijn linkerhand. Dan gaat de pen naar de andere kant voor mijn handtekening. Omdat ik niet uitgesproken linkshandig ben heb ik nooit last gehad met scharen ofzo. Voor mij is het altijd een leuke bijkomstigheid geweest.

Al eerder heb ik met een medewerker van de krant gebeld met de vraag of bij de puzzels de vragen boven de puzzel kunnen worden geplaatst of voor de verandering aan de rechterkant, je merkt dan snel hoe het is om linkshandig te zijn!

Voor linkshandige is het zaak om áltijd op de hoek van de tafel aan de linkerkant te gaan zitten. Je plek dús bewust kiezen. In bepaalde beroepen komen linkshandigen meer voor. Vaak creatieve beroepen. Voordeel van linkshandig is dat je ook veel rechts kunt. De meeste rechtshandigen zijn links onhandig. Zelf ondervind ik geen nadelen, behalve dat je altijd de juiste pen om te schrijven moet zoeken. Veel pennen vlekken namelijk.

Ik ben al bijna zeventig jaar linkshandig, maar kan weinig met de meeste artikelen die speciaal voor linkshandigen zijn gemaakt. Ik knip dus met een gewone schaar, die ik echter wel gewoon in mijn linkerhand neem. Ook met andere ’rechtshandige’ dingen, zoals bijvoorbeeld autorijden of letters aanslaan op mijn toetsenbord heb ik weinig moeite. Allemaal zaken, die ook een rechtshandige moet aanleren.

Creatief kan ik mij zeker wel noemen. Dit uit zich voornamelijk in mijn (uit de hand gelopen) hobby fotograferen. Daarbij benader ik mensen en onderwerpen meestal niet iets anders dan anderen. Op mijn foto’s staat de Alphense Regio Centraal. Met de bediening van mijn toestel heb ik als linkshandige geen moeite, al zie ik wel verschillen met andere fotografen als ik een staande foto maak. Rechtshandigen draaien hun toestel dan een slag linksom, terwijl ik dat rechtsom doe. Daardoor kan ik niet overweg met een zogenaamde battery-grip, omdat dan de afdrukknop voor mij aan de verkeerden kant komt te zitten.

Of creativiteit echter voorbehouden is aan linkshandigen betwijfel ik. Mijn dochter is volledig rechts en is eveneens erg creatief. Op de lagere school mocht ik als enige in de klas met een balpen schrijven, omdat mijn teksten met een kroontjespen behoorlijk vlekkerig werden. Grappig is hierbij wel dat ik als achtjarige door een glazen deur was gevallen en mijn linkerhand open lag en gehecht moest worden. Ondanks de mitella ging ik wel naar school, maar kon en mocht met mijn linkerhand niet schrijven. In die periode heeft mijn leerkracht geprobeerd mij recht te leren schrijven. Dat ging steeds beter en werd nog leesbaar ook, maar toen na zes weken mijn linkerhand genezen was, pakte ik meteen mijn pen weer met links vast en heb ik nooit meer met rechts geschreven.

Rob Langerak, Alphen aan den Rijn

Een van de nadelen van het linkshandig zijn is bijvoorbeeld als het stopcontact rechts zit in de keuken en je moet met een elektrisch mes het vlees snijden. Dan zit met enige regelmaat het snoer op het vlees. Een stopcontact links doet daarom wonderen en dan heb je dit probleem niet. Vroeger kon je als metselaar een dubbeltje meer per uur verdienen in de bouw, want dan kon je naar elkaar toe werken, scheelde de baas tijd en daardoor geld. Gelukkig zitten de sturen in de auto bij ons in Nederland links in de auto, een nadeel is wel dat je eerst met je rechterbeen moet instappen.

Ik ben nu 72 jaar linkshandig en ik moet heel diep nadenken over de nadelen ervan. Of ik ben eraan gewend, óf het valt voor ons, linkshandigen, allemaal wel mee. Ja, ik draai in restaurants mijn bestek om, ja, mijn pink is aan de zijkant blauw van het schrijven met balpen, ja, kopjes of mokken hebben soms aan de binnenkant een leuke afbeelding of tekst die ik als linkshandige oortjesvasthouder niet kan zien, ja, ik kijk bij het knippen naar de achterkant van de schaar, ja, ik heb een gitaar die à la die van Paul McCartney bespannen is, maar of dat nou allemaal zo erg is...

Welnu, ben al 66 jaar linkshandig en ondervind er geen problemen mee

Ik kom uit een gezin waar drie van de vier linkshandig zijn. Hoewel het frustrerend kan zijn, kan ik er ook wel veel lol van hebben! Van proberen te knippen met een rechtshandige schaar, tot een grijze of blauwe zijkant van mijn hand door potlood of pen, en een pijnlijke hand terwijl je probeert te schrijven in een ringschrift. Ze hebben mij vroeger ook (gelukkig) altijd laten gaan en nooit geprobeerd mij tweehandig of rechtshandig te ’maken’. Ik kan dan ook met volle overtuiging zeggen dat, op typen en de computermuis bedienen na, ik zo onhandig als maar kan zijn ben met mijn rechterhand (mijn hand gaat spontaan in rare posities staan als ik bijvoorbeeld probeer te knippen met rechts).

Ik weet niet of ik nou per se creatief ben omdat ik linkshandig ben, maar ik moet altijd wel creatief bezig zijn anders is de lol er voor mij heel snel af. Ik denk dat linkshandig zijn ook meehelpt aan creatieve oplossingen zoeken. In een wereld die ingesteld is op rechtshandigen, moet je wel leren om je aan te passen en oplossingen te zoeken waardoor je alledaagse wel normaal uit kan voeren.

Er zijn wel een aantal leuke ’feiten’ of mythes over linkshandigen. Zo zeggen ze dat ze beter zijn in wiskunde - ik kan je echt vertellen dat dit niet waar is want als ik èrgens slecht in was op de middelbare school dan was dat wel wiskunde. En lefties agressiever dan rechtshandigen? Eh, ik noem mezelf nou niet agressief - ik heb behoorlijk wat geduld (behalve achter het stuur).... Volgens mij zijn er behoorlijk wat mythes betreft het linkshandig zijn, waarvan er een heleboel heel onlogisch zijn. Ik heb zo het idee dat lefties en righties niet heel veel verschillen van elkaar, maar het is wel een leuke conversation starter wanneer je een mede-lefty ontmoet!

Sherelle de Koning - 27 jaar - IJmuiden

Eigenlijk heb ik linkshandig zijn nooit echt als een probleem ervaren. Toegegeven, sommige gebruiksvoorwerpen zijn duidelijk voor rechtshandigen gemaakt, maar ze zijn evengoed in de meeste gevallen ook voor een linkshandige prima bruikbaar. Daarbij komt ook dat je soms niet beter weet. Zo heb ik bijvoorbeeld rechtshandig leren breien, omdat er niemand was die mij voor kon doen hoe het linkshandig zou moeten. En ook zoiets: op de basissschool zouden we op een gegeven moment allemaal een vulpen krijgen. Omdat er maar liefst tien kinderen in de klas linkshandig waren, werd ons beloofd dat er speciale vulpennen voor linkshandigen zouden komen. Maar waar de rechtshandigen al lang een vulpen in hun bezit hadden, bleven de linkshandigen tot het eind van de basisschooltijd aangewezen op balpennen. Ik heb hierdoor lange tijd het gevoel gehouden dat schrijven met een vulpen niet voor mij was weggelegd. Want daar had je een speciale linkshandigen-vulpen voor nodig en die waren klaarblijkelijk erg moeilijk te krijgen. Pas toen ik een paar jaar in het voortgezet onderwijs zat, besloot ik toch eens een vulpen aan te schaffen. Geen speciale linkshandige, gewoon eentje die je voor een paar euro in de kantoorboekhandel kocht. En wat schetste mijn verbazing? Ik kon er gewoon mee schrijven! Je moet een vulpen sowieso altijd even ’inschrijven’, en het blijkt eigenlijk weinig uit te maken of je dat dan met links of met rechts doet. Sindsdien heb ik het vertrouwen dat ik me indien nodig kan aanpassen aan gebruiksvoorwerpen die gemaakt zijn voor rechtshandigen, maar dat de gebruiksvoorwerpen zich soms ook aan mijn linkshandigheid kunnen aanpassen.

Netjes eten is ook zo’n ding. Ik heb geleerd dat netjes eten betekent dat je je vork links vasthoudt, en je mes rechts. Voor mij is dit altijd een worsteling geweest. Ik kan namelijk niet goed snijden met rechts. Dus zodra er iets op mijn bord in stukjes gesneden moet worden, kan ik niet anders dan mijn bestek omdraaien. Omdat ik het gevoel had dat dat niet zo hoort, probeerde ik dat in een restaurant dan altijd heel snel te doen. Een soort wisseltruc waarbij razendsnel twee keer mes en vork wisselden van hand. Maar eigenlijk vond ik het altijd oneerlijk dat ik me moest aanpassen aan deze vorm van ’netjes eten’, terwijl die voor linkshandigen een extra handicap oplevert.

Naar aanleiding van de oproep van de krant, raakte ik met mijn moeder in gesprek over linkshandigheid. Ik uitte mijn ongenoegen over het bestekprobleem en tot mijn verbazing reageerde mijn moeder heel verbaasd. Ze zei: ’als je links bent, dan kun jij je mes toch gewoon links vasthouden? Dat is in jouw situatie dan toch gewoon netjes eten?’ Waarop ik zei: ’ja, maar als ik niet van jou heb geleerd dat ik mijn mes rechts moet houden, van wie dan wel?’ Volgens mijn moeder had zij er nooit op gelet en kon ik dat dus niet van haar hebben meegekregen. Hoe ik dan wel aan dat idee ben gekomen? Ik heb geen idee. Misschien dat je als kind onbewust toch ziet hoe de meerderheid iets doet, en dan aanneemt dat dat de juiste manier is? In elk geval heb ik nu, na al die jaren, eindelijk maar eens gegoogled op de bestek-etiquette. En wat las ik daar in een artikel op Wikihow, over hoe je je bestek moet vasthouden? ’Als je linkshandig bent, overweeg dan om zo’n beetje alles wat je in dit artikel leest andersom te doen’.. Had ik dat maar een paar decennia eerder gelezen. De rest van mijn leven zal ik in een restaurant ongegeneerd mijn mes links en mijn vork rechts vasthouden als dat nodig is.

Voor linkshandigendag heeft het Alrijne Ziekenhuis zijn linkshandige chirurg wat vragen gesteld.

Hoe is het om als chirurg linkshandig te zijn? Wij vroegen het onze chirurg Sacha Koch. Sacha: ’Er bestaan instrumenten voor linkshandige chirurgen, maar die gebruik ik niet. De meeste mensen zijn rechtshandig, dus tijdens mijn studie leerde ik alles met rechtshandige instrumenten. Als linkshandige heb je altijd problemen met scharen, dus ook als chirurg. Het is belangrijk om de schaar goed tegen elkaar te duwen. Wel is mijn positie tijdens een operatie soms anders, vooral bij een open buikoperatie. Dan sta ik bijvoorbeeld aan de andere kant van de patiënt. Dat moet je altijd even goed afstemmen met het team van te voren. Tijdens een laporoscopie (kijkje in de buik via klein gaatje, red.) heb je als linkshandige wel een voordeel. Dat is namelijk een operatie waarbij je beide handen moet gebruiken!’

Ik ben zoals velen linkshandig. Ik ging voor 1947 naar de lagere school, zo heette dat toen nog. Ik moest rechts schrijven. Het eerste cijfer dat ik voor schrijven kreeg was volgens mij een 4. Ik schrijf nu rechts. Links schrijven kan ik helemaal niet. Verder ben ik uitgesproken links. Vooral als ik aan het klussen ben. Ik kan met mijn linkerhand timmeren, zagen, boren, verven en andere klussen. Ook een deksel van een pot draaien kan ik alleen maar met mijn linkerhand. Daar zit natuurlijk de meeste kracht in. Ik heb vroeger een cursus gevolgd. Daarbij moest ik werktekeningen maken. Onder andere een vooraanzicht, een zijaanzicht en een bovenaanzicht. Dat deed ik uiteraard met mijn linkerhand. Maar als ik er tekst of afmetingen bij moest zetten ging het potlood naar maar rechterhand.

Scharen en messen gebruiken is lastig. Vroeger schreef ik met de kroontjespen, dat was lastig omdat je met je arm over de inkt wrijft. De snaren op de mandoline en gitaar zaten verkeerd om. Het voordeel was dat ik een goede schutter was bij handbal, omdat de bal uit onverwachte hoek kwam.

Al jarenlang kom ik op maandagochtend bij mijn oom Joz. Dan spreken we de week door onder het genot van een kopje koffie. Vandaag had hij een stukje uit zijn krant geknipt. Het ging over bijzondere verhalen over linkshandigen. Ik zei meteen ’U bent linkshandig en u kunt iets heel bijzonders’. Hij twijfelde nog even maar pakte toen een vel papier en begon te schrijven... in spiegelschrift. Op jonge leeftijd ontdekte hij deze gave. Hoe dit tot stand kwam leest u op de afbeelding hierbij. Voor zover hij weet, kent hij niemand die dit ook kan/kon. Behalve Leonardo da Vinci.

Op de basisschool was ik (ik ben nu 21) een van de weinige linkshandigen in mijn klas en degenen die dan linkshandig waren leken tijdens de computerles allemaal hun rechterhand te gebruiken om de muis te bedienen. Ik deed dit echter gewoon met mijn linkerhand, wat ik sinds het begin aan mezelf heb aangeleerd. Maar ik kan me nog een bepaalde computerles herinneren waarbij we die dag een invaldocent hadden. Zij beweerde bij hoog en laag dat het verplicht was om de muis met rechts te bedienen (terwijl ik dat dus helemaal niet kon) en ik mocht deze van haar ook niet met links bedienen tijdens deze les. Ik was een jaar of acht dus ik was veel te bang om hier tegenin te gaan en heb de hele les zitten klooien met het gebruik van de muis. Ik was maar al te blij dat deze invaldocent niet meer terug kwam.

Allereerst, ik zal wel niet de enige zijn, Leonardo da Vinci was naar ik meen toch wel de meest beroemde linkshandige naast Einstein en nog enkele. Nu ben ik 67 jaar oud en ondervind nog regelmatig de voor- en nadelen van linkshandigheid. Als kind op school begon het natuurlijk met schrijven wat ik mocht doen met mijn linkerhand, ideaal zou je zeggen. Tijdens het tweede leerjaar verhuisde de familie naar Rotterdam en daar was het links schrijven geen normale zaak en moest ik rechts gaan schrijven met als resultaat dat ik een erbarmelijk handschrift heb. Tijdens mijn kinderjaren was dat wel het grootste probleem dat overwonnen moest worden.

Aan het eind van de lagere school was ik nog in staat om met beide handen gelijktijdig twee verschillende woorden te schrijven, maar daar is helemaal niets meer van over. Toen ik meer en meer allerhande karweien in huis ging doen kwam ik er achter dat ik, toen tapijt nog langs de plint gespijkerd werd dat ik de kamer op beide manieren rond kon met de hamer, want ik wisselde gewoon van hand. Deze eigenschap is bijzonder praktisch gebleken over mijn gehele leven.

Tijdens mijn vaarcarrière bij Holland America Line, waar ik wekelijks met gasten aan tafel ging, zat ik eens met een professor van de universiteit van Albuquerque te dineren en kwam het gesprek over linkshandigheid nadat ik van stoel was gewisseld in verband met de soep en mijn buurvrouw, die rechtshandig is. Deze professor vertelde direct: maar dan ben je ook dyslectisch. En dat is inderdaad het geval. Met nadruk vertelde hij dat je nooit een linkse schrijver tot een rechtse moet forceren, want dat geeft dyslexie.

In de auto, toen nog zonder navigatie, moet men mij niet plotseling zeggen: hier naar links, want we gaan prompt rechts en anders om. Mogelijk omdat er voor mij niet een logische ’andere kant’ is, eigenlijk zou ik het niet weten.

Vroeger op school was het uitgesloten om links te schrijven. Het was ook niet practisch omdat je met inkt en een kroontjes pen schreef. Je veegde dan als je links was over de inkt. Links tekenen mocht ik wel, dat was wel bijzonder.Nu ervaar ik als nadeel dat bij mijn fiets de standaard aan de verkeerde kant zit. Ook bij de poortjes van de NS is het opletten geblazen als je je ov-kaart met je linkerhand voor de melder houdt gaat het poortje voor je niet open.

Linkshandigheid optelsom kleine ongemakken: ’Alleen met bier- en wijnglazen had ik nooit moeite’

De boodschap van Linkshandigendag: Schoonschrijven met links, het kan wel!

Wil je dagelijks alle hoogtepunten uit het nieuws in je inbox?